Zijn jouw armen lang genoeg?
Als de herfst zijn entree maakt, zijn wij allemaal wat meer binnenshuis. Op een regenachtige dag heerlijk met een goed boek op de bank of andere bezigheden. Maar ook minder licht. Funest natuurlijk voor alle 40-plussers onder ons. Immers komen bij een leeftijd van boven de 40 jaar vaak beginnende leesklachten. Ga maar na bij jezelf: hoe ver van je oog af houd jij een boek vast? Als kinderen ons 40-plussers een mooie tekening laten zien en dat in hun enthousiasme vlak onder onze snufferd houden, kun je dat dan nog in detail zien? Als je heerlijk op de bank genesteld jezelf verliest in de nieuwe boek, hoe voelen dan je ogen naar een paar uur aan?
Hoe weet ik of een leesbril nodig is?
Leesklachten:
Leesklachten presenteren zich heel divers. Vaak begint het met een gevoel dat je heel even iets langer moet instellen tot het weer scherp is. En ook het terugschakelen naar de verte duurt dan soms even. De wissel van ver naar leesafstand en andersom gaat iets trager naarmate we ouder worden. Bij langer dichtbij kijken kan ook een branderig vermoeid gevoel in de ogen ontstaan of zelfs hoofdpijn die vaak bij het voorhoofd of achter de ogen zit.
Wat gebeurt er in het oog als we lezen?
Als we dichtbij kijken dan spant de spier, die om onze natuurlijke ooglens heen zit, zich aan en drukt daarmee onze ooglens boller. Hoe boller de ooglens wordt, hoe dichterbij je scherp kijkt. Deze inspanning wordt in sommige gevallen dan vermoeiender. Onze ooglens wordt naarmate we ouder worden steeds harder materiaal en daardoor is er steeds meer spierspanning nodig om tot hetzelfde resultaat te komen. Maar op een gegeven moment lukt dat niet meer. De ooglens is te hard om het zo ver bol te drukken om de leesafstand scherp te kunnen zien. Dat is het moment dat je aan een leesbril toe bent.
Leesbril of toch niet?
Je hebt de keuze voor een leesbril; die zijn in alle soorten en maten te verkrijgen. Advies is wel om een goede oogmeting te laten doen. Immers is bij iedereen de fysieke conditie anders net als de bouw van oog, werkafstanden en lichaamshouding. De leessterkte moet aangepast worden aan jouw oogconditie en dagelijkse omstandigheden. dat kan geadviseerd worden na een meting.
Help, ik wil geen leesbril!
Als je problemen krijgt met lezen en dichtbij kijken dan kan dat ook met contactlenzen opgelost worden. En binnen de optie van contactlenzen zijn vele wegen te kiezen.
Als we de weg samen inslaan naar het aanmeten en adviseren van een passende contactlens als oplossing voor het lezen, dan vragen we eerst uitgebreid naar jouw dagelijkse omstandigheden. Wat spook je uit? Op welke afstand lees je het meest: boek, document, telefoon, PC? En tegen welke problemen loop je nu aan zonder correctie van je leessterkte? Dan gaan we over tot het meten van je ogen. Na het bepalen van de sterkte rest nog een oogonderzoek met de spleetlamp. De spleetlamp is een microscoop waarmee we je ogen nauwkeurig kunnen onderzoeken op gezondheid en traanconditie. Juist die traanconditie is heel belangrijk voor de keuze in welke lens het beste is voor jou. Als we gaan lezen, of dat nu een boek is, de telefoon, of op de PC, dan kijk je vaak geconcentreerd. En bij die concentratie is een minder frequente knipperslag. Immers, als je iets leest en steeds knippert, dan ben je net bij die knipper even het beeld kwijt. Dat is storend, dus knipperen we automatisch minder vaak als we geconcentreerd lezen.
Welke opties zijn er in contactlenzen voor het lezen?
Welke lens is nu geschikt voor mij?
Multifocale contactlenzen:
Een van de opties in contactlenzen is een multifocale contactlens. In een multifocale contactlens zit zowel sterkte voor de verte, de tussenafstand van ongeveer 1 meter als ook de leessterkte rond 40 cm. Als je geen verte sterkte nodig hebt, dan is de vertesterkte gewoon nul. Deze lenzen zijn gebaseerd op simultaan zien. Simultaan = tegelijkertijd. Je kijkt dus door al die sterkte heen. Vaak zit in het optische gedeelte van de zachte lens het leesdeel precies in het midden van de lens. Als we gaan lezen, dan draaien onze ogen naar binnen om te fixeren op datgene wat we willen zien. Dat naar binnen draaien van de ogen ( convergentie) gaat gepaard met een pupilreflex. De pupil wordt dan net ietsje kleiner, waardoor je goed door het centrum van de lens kan kijken, daar waar nu juist de leessterkte zit. Kijk je in de verte dan wordt de pupil weer groter en kijk je meer naast het leesdeel door de verte sterkte.
Bij een multifocale harde lens zit het leesdeel doorgaans naast de rand van de lens, aan de buitenkant van het optische gedeelte. De harde lens beweegt veel meer in het oog, zeker bij knipperen. Als je gaat lezen dan kijk je ook vaak toch iets naar beneden. Draagt je een harde lens en kijk je naar beneden, dan drukt het onderooglid iets tegen de lensrand aan. De lens zakt niet helemaal naar beneden, maar blijft dan juist verhoudingsgewijs wat hoger op het hoornvlies zitten. De leesrand, aan de buitenkant van het optische deel, schuift dan t.o.v. je oog naar boven, waardoor het precies voor je pupil komt en je er goed doorheen kunt kijken.
Monovisie Contactlenzen:
Monovisie wil zeggen zicht met 1 oog. Met deze oplossing corrigeren we 1 oog uit voor het lezen. Hierbij bepaalt de optometrist eerst welk oog het dominante voorkeurs oog is. Bijna iedereen heeft een dominant voorkeurs oog. dat is het oog waar je als baby als eerste mee bent gaan kijken. Dat oog doet de scherpte screening voor hetgeen waarnaar je kijkt in de verte en het andere oog werkt daarmee samen en screent de omgeving van het object. Die samenwerking tussen de ogen verankert in de eerste 10 levensjaren en daar kunnen we op latere leeftijd dus handig gebruik van maken. Het dominante oog blijft dan ingesteld voor de verte en heb je voor de verte geen correctie nodig, dan hoeft daar dus ook geen contactlens voor. Het niet dominante oog kan dan worden uitgerust met een leeslens. Je hersenen wennen daar heel makkelijk aan als je dominantie goed is van het ene oog over het andere oog. Zij zijn dit namelijk al het hele leven gewend in de verankerde samenwerking van de ogen. Automatisch schakelt in je hoofd het zicht voor ver van 1 oog, naar lezen voor het andere oog.
Soorten en maten contactlenzen:
Welk type contactlens bij je past, wordt geadviseerd na een uitgebreid onderzoek. Zachte lenzen met een leesdeel zijn er in 3-maandslenzen, maandlenzen, 2-weeks lenzen en daglenzen. Qua sterkte kan het ook veelal met een cilinder uitgevoerd worden. Contactlenzen aanmeten blijft specialisten werk. Door een uitgebreid onderzoek te doen naar jouw oogconditie en traanvocht en een goed gesprek samen te hebben over jouw wensen en de opties die die er zijn, kunnen wij jouw leesbril verbannen naar de kast als noodvoorziening.
Heb je interesse of vragen n.a.v. deze Blog, laat het ons weten via info@contactlenscentrum-wfg.
Als je contactlenzen als leesoplossing wilt testen, maak dan een afspraak voor een advies en onderzoek.